Samhain ~ voor Pittig Proza Halloween

De roodoranje gloed van de vlammen reikt tot net over het dikke kleed op de vloer en werpt dansende schaduwen over de kale muren naast het bed. De rest van de kamer is gehuld in schemer. Er wordt op de deur geklopt, een jonge vrouwenstem noemt haar naam.

‘Caitlyn?’

In de stilte die volgt klinkt alleen het zachte knisperen en knetteren van brandend hout en haar eigen, trage ademhaling.

Het kloppen wordt bonzen en de vrouwenstem krijgt bijval van een zwaardere.

‘Caitlyn! Het is tijd.’

Caitlyn geeft geen antwoord en staart in de vlammen. Haar ogen zijn droog, de huid van haar gezicht gloeit. Ze verroert zich niet en probeert de geluiden aan de andere kant van de deur buiten te sluiten. Er wordt aan de deurklink gerammeld.
‘De deur is vergrendeld. Waarschijnlijk is ze met één van de eerdere karren meegegaan.’
Er volgt nog een rammel aan de klink. De vrouwenstem antwoord vertwijfeld. ‘Hoe dan? De balk zit aan de binnenkant. Ze is daar, waarom geeft ze geen antwoord? Caitlyn!’

Caitlyn klauwt haar vingers in de zachte vacht op haar schoot. Ze houdt haar adem in, bang dat de mensen aan de andere kant van de deur haar zullen horen. Haar smeekbede klinkt alleen in haar hoofd.

Ga lieve Meagan … Ga alsjeblieft met hem mee.

Ze luistert. De zwaardere stem sust. ‘Het ligt niet aan jou Meagan. Ze is zichzelf niet. Niet sinds … Kom, anders is de laatste kar vertrokken en moeten we lopen. Laat haar. Ze wil niet mee, niet dit jaar.’

Meagan’s wanhoop sluipt onder de kier van de deur, over het kleed op de grond en via Caitlyn’s blote voeten omhoog naar haar hart.

‘Maar ze moet. Juist dit jaar …’

Caitlyn sluit haar ogen en onderdrukt een snik.

Juist dit jaar niet.

Meagan moppert maar haar woorden verwijderen zich van de deur. Het zand op de plavuizen schuurt, de houten trap kraakt. Caitlyn ontspant haar schouders en volgt de geluiden naar beneden en naar buiten. Er wordt geroepen te verzamelen. Stemmen lachen en schreeuwen door elkaar. Lawaai van metaal op metaal. De paarden briesen en snuiven.

Caitlyn staat op en loopt naar het kleine raam met uitzicht op de verwaarloosde binnenplaats. De eikenbomen rond de herberg hebben allemaal hun blad laten vallen en bedekken het gele gras langs de wegen met een roestbruine laag. De voerman op de bok laat de zweep knallen en langzaam komen de paarden en de kar in beweging. Achter de kar loopt Meagan. Met kleine sprongen ontwijkt ze de waterige karrensporen in de modder. De lantaarn in haar hand wiegt bij iedere sprong wild heen en weer en de onderkant van haar jurk raakt besmeurd met een dikke laag grauwe blubber. Ze steekt haar vrije arm omhoog, hinkt-stapt en laat zich op de kar en half onder de huif trekken. Zodra haar voeten het donkere hout raken, draait ze zich om. Ze kijkt omhoog naar het raam en blaast de kaars in de lantaarn uit. Haar lippen bewegen. Caitlyn hoeft haar niet te horen om de woorden te verstaan.

‘Laat het licht niet binnen.’

Vogels zingen het laatste lied van de dag. De schemering verschijnt. In de omliggende huizen en landerijen verdwijnt het licht. Haardvuren en kaarsen doven, luiken sluiten. Mensen verschijnen met veel kabaal, klimmen joelend op de kar of lopen ernaast. Caitlyn blijft roerloos bij het raam staat en wacht tot de alle geluiden, bewegingen en zelfs het licht helemaal zijn verdwenen. Met gesloten ogen volgt ze de kar langs kronkelige wegen. Meerdere karren volgen. Lawaai, gezang, gelach. Buren van veel verderop. Vreemden van nog veel verderop. Mensen gehuld in lompen en vodden. Gezichten besmeurd met donkere houtskoolvegen. Waar is Caitlyn?

Caitlyn is er niet. Dit jaar niet.

Huiverend wrijft ze langs haar armen en ze draait zich om naar het vuur in de haard. De kleine vlammen likken hulpeloos aan de zwartgeblakerde stammetjes. Ze steekt de ijzeren pook ertussen om het op te rakelen en legt er een nieuw blok op. Even lijkt het vuur zich terug te trekken, dan flakkert het weer op. Hartstochtelijk storten de vlammen zich op het verse eikenhout. Caitlyn opent haar handen en duwt ze met de palmen vooruit in de richting van het vuur.

Ze fluistert. ‘Donagh …’

Een eenzame traan glijdt langs haar wang. Meagan, haar familie, alle buren en de rest van Éire, iedereen is onderweg naar Usinach. Naar het grote vuur en de viering van de overgang van het oude naar het nieuwe jaar, van Samhain. Heel Éire kom samen als het oude jaar sterft en het nieuwe jaar geboren wordt. Overal zijn de sluiers dun en kruispunten geopend. Er is dans, zang, wijn en er zijn rituelen om de doden te eren en zelfs aan te roepen. Caitlyn had geen interesse in de doden. Zij kwam elk jaar om te dansen en te zingen. Ze dronk van de zware, rode wijn en danste op blote voeten rond het grote vuur tot haar hoofd en lichaam vol extase op zoek gingen naar een geschikte levensgezel. Ze slaagde er nooit in een jongeling te beminnen die haar na de eerste keer ook weer wist te vinden. Tot de laatste Samhain …

Donagh kwam met het vuur. In allebei zijn handen droeg hij een brandende fakkel en met zijn langzame dans rond de grote stapel van boomstammen en droge takken gaf hij het startsein voor de feesten van Samhain. Met sierlijke bewegingen duwde hij zijn fakkels in het droge hout en toen het vuur zich knisperend en knappend tegoed deed aan kleine takken vat kreeg op de dikkere stammen, maakte hij een diepe buiging voor het juichende publiek rond de brandstapel. Caitlyn juichte niet. Ademloos bekeek ze zijn dans en zijn gespierde lichaam. Toen hij weer omhoog kwam van zijn buiging vonden zijn ogen die van haar. Laaiend heet kroop zijn blik onder haar huid en met een vurige glinstering in zijn ogen kwam hij naar haar toe dansen. Ze pakte zijn uitgestoken hand en liet zich meevoeren tot ver buiten de bewegende kring van verhitte en uitgelaten feestvierders. Onder een houten kar, op het dorre, gelige gras, werd ze de zijne en hij werd van haar. Eén keer, twee keer. Voor altijd.

Donagh volgde haar naar de landerijen van haar vroege jeugd en de maanden na Samhain vielen samen in een gelukzalige cadans van warme liefde en hete lust. Wanneer ze niet op de velden of in de herberg werkte, lag ze in zijn armen. Donagh tekende het huis dat hij zou bouwen met zijn vingers op haar naakte huid en Caitlyn verzon de namen voor de kinderen die in het huis zouden wonen. Ze leefden in heerlijke luchtbel vol devotie, begeerte en onstuimige hartstocht.

Caitlyn laat de zware bontcape van haar schouders vallen. Haar blote voeten zakken weg in het dikke kleed op de vloer en de gloed van de vlammen danst over haar naakte lichaam. Traag glijden haar handen over de huid van haar borsten, de lichte bolling van haar buik, de welving van haar heupen.

Ze heeft hem niet kunnen vertellen van de vrucht in haar schoot. Zijn zoon. Zijn dochter. Hij heeft geen afscheid van haar genomen.

Nog hoger rakelt ze het vuur in de haard op, nog meer donkere stammen eikenhout om de vlammen te voeden. Ze laat het licht binnen, steekt alle kaarsen in de kamer aan en zet ze in het open raam, ernaast twee glazen gevuld met dieprode wijn. Een glas voor haar. Een glas voor Donagh. Eromheen de laatste goudsbloemen van het jaar. Het haardvuur brandt fel, de roodoranje gloed flakkert langs alle muren, onder de kier van de deur door naar buiten. Een baken van licht voor de dolende ziel die geen afscheid heeft kunnen nemen. Een warm vuur en een verlangend lichaam voor de liefde die niet sterft met de dood.

Caitlyn knielt voor de haard. Ze sluit haar ogen en fluistert zijn naam.

De brand in de smederij en het wanhopige roepen van de vrouw van de smid om haar kinderen. Haar jongste was er niet. Donagh aarzelde geen moment. Caitlyn zag hem verdwijnen in de vlammen, vlak daarna kwamen de brandende balken van de voorgalerij naar beneden. Met man en macht werd er geblust. Een sliert van mensen, vanaf de waterput tot de brandende smederij, kon niet voorkomen dat het vuur om zich heen bleef grijpen. Hoger dan het rituele vuur van Samhain en zichtbaar voor de verste landerijen.

Donagh kwam met het vuur. Het vuur nam hem ook weer bij haar weg, maar vannacht zal hij haar zoeken en hij zal haar vinden. Het vuur zal hem de weg wijzen.

Ze vouwt haar handen voor haar borst en prevelt haar bede.

‘Licht van Samhain, vlam van de kaars en het vuur, schijn helder als de maan en wees zijn baken. Vorm een pad door het duister van de nacht en wijs hem de weg. Breng hem bij me terug.’

Keer op keer herhaalt ze de woorden en ze opent haar ogen, haar lichaam en haar hart. Langs haar schouders glijdt een vlaag wind. Het vuur in de haard flakkert hoger en reikt tot buiten de grenzen van de hete stenen. Het kruipt over het kleed richting haar gespreide dijen en lispelt haar naam. Donagh rijst vanuit de vlammen en stapt uit de haard. Zijn vurige liefde neemt bezit van haar. Hij duwt zijn gezicht tegen de groeiende vrucht in haar schoot en verwelkomt zijn zoon. Zijn handen omvatten haar borsten en hij duwt zijn hete mond op haar lippen. Zijn gloeiende tong ontneemt haar de adem, zijn hartstocht verschroeit haar. Gelukzalig laat ze zich op het kleed vallen en ze trekt hem met zich mee. Hij valt over haar heen en in haar lichaam. Het vuur van hun oplaaiende liefde is tot in de verre omstreken te zien en te voelen.

Het vurige lied van Caitlyn en Donagh wordt elk jaar rond het heilige vuur van Samhain door de barden bejubeld en bezongen. Het is een lied dat tot ver voorbij de sluiers tussen twee werelden reikt.


2 reacties

  1. mahotsukai

    Dit is een erg mooi verhaal Sanna, over liefde die sterker is dan de dood. Het heeft een goede spanningsopbouw en een aangenaam, bedaard tempo. Je neemt de tijd om de wereld om de personages heen te beschrijven en daarmee creëer je een mooie, invoelbare sfeer. Een puntje van kritiek is dat ik het einde wat abrupt vind en dat de laatste alinea meer een naschrift dan een deel van het verhaal lijkt te zijn.
    Er zitten wat schoonheidsfoutjes in maar dat voert te ver voor hier.
    Complimenten!

    • Sanna

      Dank je wel voor je mooie feedback!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

© 2024 Vlammende verzinsels

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑

error: Inhoud is beschermd!