Zodra hij de deur opent, vallen de geuren die zo bij haar horen over hem heen en daarmee ook de herinneringen. Dit is nog steeds haar plek, haar thuis en nu wordt het ook weer dat van hem. Met een glimlach haakt hij de sleutel aan zijn bos. Het metaal heeft een diepe afdruk in het leer van zijn portefeuille achtergelaten. Hij weet dat de afdruk maar langzaam zal vervagen.

Zijn blik valt op de foto’s op het lage kastje in de woonkamer. Haar ouders, haar twee zussen en daartussen zijn gezicht in een donker frame. Mensen die belangrijk voor haar zijn. In de keukenkast staat haar koffiemok rechts naast die van hem en in de slaapkamer is het bed alleen aan zijn kant opgemaakt. Aan de andere kant zijn de lakens rommelig opengeslagen. Daar slaapt zij, altijd aan zijn rechterkant, ook als hij er niet is. Omdat ze weet dat hij dat graag zo wil. Nog steeds. De tussenliggende tijd heeft niets veranderd. Lees verder