Het was toch zeker haar eigen schuld.
Zoals dat mens daar stond, met d’r mond open als een vis die wanhopig naar adem lag te happen. Als ze dat nou was blijven doen, was er nog niets aan de hand geweest, maar nee hoor. Ze moest ‘t zo nodig op een krijsen zetten, als een loeiende sirene. Het geluid ging werkelijk door merg en been, niet te weinig. Nog hijgend, met stomheid geslagen, stopte hij. De diepe stoten in m’n druipgrot verdwenen en ja, als ik dan met m’n spleet zo heet sta, dan kan ’t me ook niet schelen. Dan is ’t neuken of vechten.
Ik zei toch dat het d’r eigen schuld was?
Daar stond ik dan met m’n flamoes te soppen onder de laaiende blik van d’r man die me eerder bij een of andere nachtclub had opgepikt.
In het herentoilet schonk ik hem een korte blik op m’n kale, blote grotje en zijn toen al enorme broekpaling zwol nog verder op van drift. Natuurlijk mocht hij me niet aanraken, nog niet. Ik wilde hem zo gek van geil krijgen dat ‘ie me van m’n spleet tot aan ‘t puntje van m’n kruin vol zou schieten met zijn heerlijke liefdesmayonaise.
Ik pik ze d’r altijd zo uit. Van die geile gekken die thuis een oud dik wijf hebben waar ze nog niet op kunnen kruipen al zouden ze ’t willen. Die kerels willen niets liever dan een jong en rijp rozenknopje als ik om hun gore geil in te spuiten en daarin kom ik ze graag tegemoet. Ik ben toch zeker weten de kwaadste niet.
Hij noemde me een smerige hoer en smeekte me om eindelijk iets met z’n pik aan te vangen. Dat vind ik altijd lekker. Als ze me smeken én als ze me hoer noemen, dus bij wijze van beloning kneep ik even zachtjes in de kop van z’n lul en voor ik ‘t wist zaten we in z’n bak richting z’n huis.
Met een rooie kop van de opwinding vertelde hij me dat de moeder de vrouw een paar dagen de stad uit was, maar ‘t had me niet kunnen schelen als ze thuis op de bank op hem zat te wachten. In z’n voortuin gooide ik meteen m’n imposante tieten uit m’n jurkje en trok bij nader inzien toen ‘t kleedje maar helemaal van m’n lijf. Op m’n hoge hakken boog ik me voorover zodat m’n neus haast m’n knieën raakte en gaf ik hem een geweldig uitzicht op m’n sappige perzik. Hij snapte de subtiele hint meteen, greep me bij m’n heupen en ramde in een keer z’n genotsknots bij me naar binnen. Het leek wel of hij hem met warme boter had ingesmeerd, zo makkelijk ging ‘t.
Nou ja, en toen begon dus ineens dat mens te krijsen en nog voor ik de kans kreeg er een beetje van te genieten was ‘t hele rampetampen alweer voorbij.
Furieus stampte ik naar d’r toe en voor ze ‘t nog een keer op een gillen kon zetten, gaf ik d’r zo’n harde klap op d’r smoel dat ze omver tuimelde. Zacht jankend bleef ze liggen en vlak voor d’r ogen pakte ik d’r vent bij z’n slurf en boog ik me weer voorover, maar toen zette die lelijke trol ‘t dus nogmaals op een krijsen.
Ik kan dat niet hebben, snap je? Niemand ontneemt mij m’n pleziertjes dus ja, toen kreeg ik een waas voor m’n ogen en voor ik ‘t door had was d’r kop zo glanzend rood als was ’t m’n gleuf eens per maand.
Die laffe lul wist niet hoe snel hij zich achter de gesloten voordeur van zijn huis moest verschuilen. M’n kans op een potje paalzitten was verkeken en om ‘t laaiende vuur tussen mijn dijen tot bedaren te brengen, gaf ik m’n poes toen zelf maar wat te eten. Daarna ging ik naast ‘t jammerende wijf door m’n hurken en leegde ik m’n volle blaas.
Net toen ik weg wilde gaan kwamen jullie en nu zit ik dus hier.
Mag ik nu een peuk?
Ik schreef dit verhaal voor Thewa #27: Pagina 69 van EWA-Nederland. De uitdaging was: Neem een boek en open dat op pagina 69. Gebruik een willekeurige zin van deze pagina in je verhaal. De zin die ik koos komt uit het boek ‘De schaduw van de wind’ van Carlos Ruiz Zafón en is vetgedrukt in de tekst hierboven. Ewa is inmiddels opgegaan in Eroscripta.
Hoewel ik al een verhaal voor NBRplaza’s Erotica Fest #12: Audioporn had geschreven, bedacht ik me dat dit verhaal misschien meer geschikt zou zijn om voor te dragen. Ik heb het daarom ook daar weer gelinkt and who knows 🙂
En uiteindelijk deelde ik hem nog een keer voor de uitdaging van Pittig Proza #53 Een foute man (of vrouw)
Wat een vaart!
Heerlijk.
Maar ik zie geen vetgedrukte zin en ben nieuwsgierig geworden welke zin uit ‘De schaduw van de wind’ de inspiratie vormt voor dit verhaal.
Oh wat suf, heb ik dat weggehaald. De zin; ‘nog hijgend, met stomheid geslagen, stopte hij.’
En dank voor je compliment 🙂
Jeetje, Sandra! Het leest als een trein en ik zie het al helemaal voor me! Geweldig hoe je deze personage hebt neergezet 🙂
Bedankt voor je inzending. Geweldig verhaal!